DE ACHTSTE GROEP:
A. Draaien om te slaan, af te weren en te stompen
B. Terugtrekken en duwen
C. Armen kruisen
D. Slotoefening
A. DRAAIEN OM TE SLAAN, AF TE WEREN EN TE STOMPEN
1. Laat je bovenlichaam zakken, steun op het rechterbeen en draai je lichaam naar rechts met de linkertenen van de grond. Til tegelijkertijd je linkerhand op en hou hem voor je voorhoofd met de palm naar buiten.
2. Breng je gewicht weer over op het linkerbeen, draai je lichaam een beetje naar rechts doe de rechterhand gebogen naar beneden en hou hem voor je linkerribben met de palm naar beneden. Kijk naar rechts.
3-4. Draai het lichaam naar rechts, trek je rechterbeen terug en stap weer naar voren. Gooi tegelijkertijd je rechtervuist langs je borst naar rechts met de palm naar boven en hou de linkerhand bij je heup met de palm naar beneden. Laat je rechtervoet met de tenen naar buiten gedraaid en kijk naar je rechtervuist.
5-6. Steun op de rechtervoet en doe met de linkervoet een stap naar voren. Duw tegelijkertijd je linkerhand naar voren, trek de rechtervuist terug naar de taille met de palm omhoog en kijk naar je linkerhand.
7. Hou het rechterbeen gestrekt, buig de linkerknie en stomp met je rechtervuist
naar voren, hou de duim omhoog. Hou de binnenkant van je rechterelleboog met de linkerhand vast en kijk naar je rechtervuist.
B. TERUGTREKKEN EN DUWEN
1. Strek de linkerhand uit onder de rechterpols langs en maak je rechtervuist los met de palm naar boven.
2. Laat je ellebogen langzaam zakken en trek de handen terug. Laat tegelijkertijd je bovenlichaam zakken, steun op het rechterbeen en til de linkertenen van de grond.
4-6. Draai de palmen om en duw je handen vanaf de buik naar voren omhoog tot op schouderhoogte. Hou tege-lijkertijd het rechterbeen gestrekt en buig het linkerbeen. Steun op het linkerbeen en kijk recht voor je uit.
C. ARMEN KRUISEN
1-2. Buig je rechterknie, steun op het rechterbeen, til je linkervoet op en draai de tenen naar binnen. Draai tegelijkertijd je lichaam naar rechts en strek de rechterarm omhoog met de palmen naar buiten. Buig de ellebogen een beetje en kijk naar je rechterhand.
3-4. Breng je gewicht langzaam over op het linkerbeen, trek de rechtervoet terug evenwijdig aan de linkervoet en hou ze op schouderbreedte afstand van elkaar. Doe tegelijkertijd de handen naar beneden en weer omhoog tot op schouderhoogte en kruis je armen met de rechterhand aan de buitenkant en de palmen naar binnen. Kijk recht voor je uit.
D. SLOTOEFENING
1-3. Draai de palmen naar buiten, laat de armen langzaam opzij zakken met de palmen naar beneden en kijk recht voor je uit. Ontspan je hele lichaam als je de armen laat zakken en adem langzaam uit. Zet je linkervoet naast je rechtervoet en ga rechtop staan.